Wat gaan we daarvoor doen?

Verkeer en Vervoer

Een nieuw Mobiliteitsprogramma is in december 2021 gereed. Dit is een integraal product dat rekenschap geeft van verbanden tussen ruimtelijke ordening, verstedelijking, economie, leefbaarheid en mobiliteit in Rijswijk en omgeving. Het wordt in 2022 gevolgd door een Uitvoeringplan. De onderstaande omschrijving “wat gaan we ervoor doen” is gebaseerd op de koers voor investeringen die sinds een aantal jaren al is uitgezet, en de op de vorige pagina beschreven visie en doelstellingen ten behoeve van het Programma Verkeer en Vervoer.

Wij gaan in 2022 door met het realiseren van goede fietsvoorzieningen, waaronder veilige, comfortabele en directe fietsroutes en experimenteren met initiatieven van deelfietsen of (elektrische) deelscooters. Fietsvoorzieningen zijn onderdeel van de “last mile” vanaf openbaar vervoerhaltes. Tevens levert de aanpak een bijdrage aan de mobiliteitstransitie én aan de reductie van CO²-uitstoot. Waar mogelijk werken we samen aan fietsprojecten met de provincie en de Metropoolregio. Prioriteit hebben daarbij de routes die als (regionale) verbindende fietsroutes zijn aangemerkt. In dat kader staan voor 2022 op het programma het voltooien en in gebruik nemen van de fietsprojecten op de route Sammersweg, de Steenlaan en in het Wilhelminapark. De plannen voor routes of de uitwerking van routes op de Rembrandtkade 2e fase, Lindelaan, en Jan Thijssenweg/Laan van Beens, starten in 2022. Voor de langere termijn wordt begonnen aan de eerste verkenningen naar verbeteringen voor fietsers op de Nassaukade, Geestbrugweg, Hoornbruglaan/Churchilllaan, Lange Kleiweg en de viaducten over de A4. Samen met eerder opgeleverde routes op het Jaagpad, Huis te Hoornkade, Delftweg, Sir Winston Churchilllaan, Prinses Beatrixlaan, Generaal Spoorlaan, van Rijnweg en fietsbrug De Oversteek is afgelopen jaren een forse inspanning geleverd om het fietsen in Rijswijk aantrekkelijker en comfortabeler te maken. Goede voorzieningen dragen daar immers zeker aan bij. Het Mobiliteitsprogramma en bijbehorend Fietsplan zal duidelijk maken hoe de transitie naar een groter aandeel van het gebruik van de fiets in het dagelijks verkeer verder versterkt kan worden.

Barrières van water, spoor en wegen nemen we zoveel mogelijk weg, waardoor we de oversteekbaarheid en verbindingen verbeteren en reistijden laten afnemen. Bij de gebiedsontwikkelingen In de Bogaard, Pasgeld en Plaspoelpolder (Havenkwartier, Kesslerpark) wordt geschetst op betere verbindingen en toegangen in en door die gebieden voor een groeiend aantal fietsers en voetgangers die daar hun herkomst of bestemming krijgen. Voor deze doelen en voor doelen van verkeersveiligheid, fietscomfort en (groene) leefomgeving werken we in 2022 (door) aan plannen voor een nieuwe inrichting van de Lindelaan, Geestbrugweg e.o en de “probleemstraten”. Kenmerk van deze projecten is de integrale benadering en het open planproces met de bewoners, ondernemers en andere stakeholders.

De komende jaren zijn we belanghebbende bij de duurzame inpassing van de nieuwe wegdelen op de zogeheten A4 Passage van Rijkswaterstaat. De A4 is een economische belangrijke toegang, maar snijdt de stad ook fysiek doormidden. In 2020 sloten we een BestuursovereenkomstMeekoppelkansen A4 Haaglanden af met het Rijk en Rijkswaterstaat. Het gevolg van deze afspraak is dat in de begroting een investering vrijgemaakt is voor de bijdrage aan de realisatie van twee viaducten voor verbindingen van langzaam verkeer en ecologie (Van Rijnweg en Wilhelminapark) en het verminderen van de barrière van de snelweg voor langzaam verkeer. In 2022 wordt in het project A4 Haaglanden gewerkt aan een Uitvoeringsovereenkomst en aan detaillering van de inpassing en vormgeving.

Verkeersveiligheid is een speerpunt. In 2022 gaan we met veel energie door op de koers die we in het Actieplan Verkeersveiligheid hebben beschreven. De aanpak is om samen met andere partijen en verantwoordelijken te zorgen voor een verkeersveilige stad. De inzet loopt via meerdere sporen: educatie & voorlichting; preventie & handhaving en infrastructuur & inrichting. Zo blijven we stevig inzetten op een verkeersveilige schoolomgeving. Tussen nu en 2023 zullen alle basisscholen, in een samenwerking tussen school- ouders- kinderen- gemeente, voorzien zijn van schoolzones. Ook op andere plekken in de stad pakken we elk jaar kleine knelpunten aan. Met bewonersorganisaties, initiatiefnemers en op basis van meldingen inventariseren we kleine knelpunten in de gemeente. Waar mogelijk lossen we deze knelpunten op korte termijn op en werken we samen met de buurt. In 2022 richten we ons voor de verkeersveiligheid in het bijzonder op zichtbare campagnes in de stad, actieve en praktische vormen van educatie van doelgroepen (ouderen op de elektrische fiets, jongeren op scooters, fietsverlichting) en snel te realiseren aanpassingen van oversteekplaatsen voor langzaam verkeer. Samen met de politie zetten we in op handhaving, onder meer door laser acties. We nemen deel aan een onderzoek van studenten van de politie-opleiding naar de effectiviteit en verbetering van handhaving. Samen met de politie en het Openbaar Ministerie verkennen we de mogelijkheden voor het plaatsen van flitspalen.

We gaan door met de volgende fases van de Verkenning Geestbrugweg e.o. De verkenning krijgt een nog meer integrale scope en meer inzet op het proces en de omgeving: naast de oorspronkelijke doelen van verkeersveiligheid, oversteekbaarheid, fietsroutes en leefkwaliteit, wordt dit uitgebreid met het ontwerp van de bovengrondse inrichting als gevolg van het sluiten van de tunnel Haagweg, (het onderzoek naar) een situatie met eenrichtingsverkeer in de Herenstraat en naar kwaliteitsverbetering van de entree van het winkelcentrum. De verkenning heeft raakvlakken met andere projecten en ontwikkelingen, waaronder het proces van mobiliteit rond de CID/Binckhorst gebiedsontwikkeling. De verkenning kenmerkt zich door een open planproces met actieve inbreng uit de omgeving. Er wordt toegewerkt naar een raadsvoorstel met voorkeurscenario voor de herinrichting, met onderdelen voor de korte-, middellange- en lange termijn en een kredietaanvraag.

De gehele reis is van belang. Op herkomst- en bestemmingslocaties bieden wij daarom goede voorzieningen aan. Dit doen wij onder andere door een helder en toekomstbestendig parkeerbeleid te hanteren. De groei van Rijswijk, de woningbouwopgave en de ervaren parkeerdruk vragen om maatregelen. Maatregelen met betrekking tot bijvoorbeeld parkeernormen en evaluatie van het vergunningenbeleid. Vaak betreft het maatwerk. De ruimte is schaars. Ook de trends en ontwikkelingen op het gebied van, het gebruik en (deel)bezit van verschillende vervoermiddelen (deeleconomie), elektrificatie en mobiliteit zorgen voor een veranderende vraag.

Het uitgangspunt is “de juiste parkeerder op de juiste plek”. Hiervoor meten we regelmatig de parkeerdruk in de wijken. Op basis van deze druk beoordelen we of er een draagvlakonderzoek moet worden gestart in een wijk. De uitkomst van het onderzoek kan leiden tot invoeren van regulering in de betreffende wijk. De maatregelen voortvloeiend uit de evaluatie van vergunningen uitgevoerd in 2021 zullen worden geïmplementeerd in 2022. In 2022 worden ook de conclusies en aanbevelingen uit het evaluatierapport Naheffingen parkeren geïmplementeerd. Parkeren zal in 2022 inzetten op het verbeteren van de interne processen en op betere informatievoorziening naar haar burgers.

Daarnaast investeren we in goede, veilige en voldoende fietsparkeervoorzieningen. In 2022 voltooien we een in 2021 gestarte pilot van een uitbreiding van fietsparkeren in Oud Rijswijk. Samen met de Metropoolregio Rotterdam Den Haag, NS en ProRail wordt verder aan het plan gewerkt voor de grootschalige uitbreiding van het aantal fietsparkeervoorzieningen met het oog op de groei van de vraag op de lange termijn (na 2025).

Binnen een duurzaam beleid van verkeer en vervoer vormt goed openbaar vervoer een belangrijke pijler. Openbaar vervoer zal ook een deel van de groei van de mobiliteit op moeten vangen. Goed openbaar vervoer blijft een voorwaarde voor de verdere ontwikkeling van de stad en bevordert een goed vestigingsklimaat. Daarom blijven we lobbyen voor een robuust, fijnmazig en vraag gestuurd OV-netwerk, waarin we ook nadrukkelijk kijken naar alternatieve en innovatieve OV-vormen. De “coronacrisis” liet in 2020 vooralsnog een daling zien van het gebruik van het openbaar vervoer, en een “stimulerend” effect op het gebruik van de fiets en het aantal mensen dat thuiswerkt. In regionaal verband worden de effecten en (financiële) gevolgen regelmatig gepeild.

Station Rijswijk verdient bijzondere aandacht; we streven naar, en willen ook op de langere termijn investeren in een kwaliteitsimpuls voor het stationsgebied. Een station waar het prettig verblijven is en een goede overstap tussen trein, tram, bus, auto en fiets mogelijk is, helpt mee om het gebruik van openbaar vervoer te stimuleren. Het station is onderdeel van de zogeheten Stadsas. Een as waarvoor scenario’s van verstedelijking kansrijk zijn. Bij verstedelijking hoort inzet op de mobiliteitstransitie (meer fiets, ov, lopen, minder vrijblijvend parkeren). De beschikbaarheid van een goed openbaar vervoerknooppunt, op de hoek van de Plaspoelpolder en op fietsafstand van RijswijkBuiten/Pasgeld, biedt een duidelijke meerwaarde voor zulke scenario’s. Vanuit het Nationaal Groeifonds heeft het rijk €1 miljard gereserveerd voor de realisatie van een citysprinterconcept op de Oude lijn. Lokaal zoeken we met ProRail, NS en Metropoolregio Rotterdam Den Haag naar kansen voor verbetering van de knoopfunctie. Voor RijswijkBuiten als ontwikkellocatie wordt in aanvulling hierop onderzoek gedaan naar de best haalbare invulling van duurzame mobiliteit, inclusief de potentie van een halteplaats op langere termijn en welke investeringen daar de komende jaren voor nodig zullen zijn.

We werken met de andere steden in de Metropoolregio samen om economie en mobiliteit op elkaar aan te laten sluiten en een aantrekkelijk vestigingsklimaat te hebben. Voor de komende jaren staan in de regio en in de stad meerdere grote infrastructurele (onderhouds)projecten en woningbouwprojecten op de planning, die omleidingen met zich meebrengen. Bijvoorbeeld de WarmtelinQ, de N211, A4 passage, Beatrixlaan, Havenkwartier, RijswijkBuiten, Plaspoelpolder, CIDBinckhorst en Den Haag Zuidwest. In regionaal verband zetten we namens Rijswijk – veel meer dan we gewend waren - de komende jaren in op goede afspraken tussen weg- en spoorbeheerders onderling en met het bedrijfsleven (“Bereikbaarheidsaanpak Minder Hinder Zuid-Holland”). Het gaat om samen te zoeken naar oplossingen voor het verminderen van de hinder en het bijdragen aan de mobiliteitstransitie. Met aandacht voor leefbaarheid, veiligheid, economisch vestigingsklimaat en duurzaamheid.

We zetten in op een duurzame toekomst van de Prinses Beatrixlaan. De jaren 2022 en 2023 staan in het teken van de planuitwerkingsfase van het project het Bovengronds Verstedelijkingsontwerp Beatrixlaan” (fysiek en flankerend maatregelenpakket), de lobby activiteiten en de afstemming met het project WarmteLinQ.

In 2021 is gestart met de uitvoering van de lobby voor de tunnel onder de Prinses Beatrixlaan. De wens voor een tunnel, om daarmee de leefbaarheid en bereikbaarheid van Rijswijk voor de toekomst te verbeteren, is onder de aandacht gebracht van kamerleden, statenleden en een staatssecretaris. Ook is er afstemming geweest met de Gemeente Den Haag en de MRDH, wat ertoe heeft geleid dat de mogelijkheid voor de tunnel samen verder onderzocht wordt. We continueren de inzet op de lobby. In 2022 zullen gelegde contacten op Rijksniveau en provinciaal niveau warm gehouden worden. Daarnaast zal de lobby zich meer gaan concentreren op de omliggende gemeentes, met als doel om zoveel mogelijk draagvlak te krijgen voor de tunnel binnen de regio. Om onze boodschap duidelijker en breder te kunnen laten horen, worden nieuwe communicatiemiddelen ingezet (b.v. een film). Een en ander wordt concreet uitgewerkt in een projectplan, dat voor instemming en dekking uit de bestemmingsreserve, aan de raad wordt voorgelegd.