Raad van State

De Raad van State heeft in hun uitspraak van 23 juli 2025 bevestigd dat gemeenten en provincies bij het verstrekken van een subsidie mededingingsruimte moeten bieden bij het verdelen van schaarse subsidiemiddelen.

De uitspraak betekent dat subsidies die niet wettelijk verplicht zijn, en waarbij de wet bepaalt dat er minder concurrentie mag zijn, de aanbieder van een subsidie kan beperken in wie mee kan dingen. De Raad van State baseert zich hierbij op de zogenoemde Didam I- en Didam II-uitspraak van de Hoge Raad. Als het van tevoren duidelijk is, of redelijkerwijs aangenomen kan worden, dat er op basis van objectieve, eerlijke en duidelijke criteria maar één serieuze aanvrager voor de subsidie is, kan die subsidie aan die persoon worden gegeven. De aanbieder van de subsidie moet zijn plannen voor de subsidie minimaal acht weken van tevoren bekendmaken, zodat iedereen hiervan op de hoogte is.